Reistips voor Idaho Falls

Idaho Falls is gelegen tussen de Rocky Mountains en de Snake River, in de schaduw van het Grand Teton National Park. Het is de grootste stad in het zuiden van de staat Idaho en telt een inwonersaantal van ruim 56.000. Deze stad is vernoemd naar de door mensen gemaakte waterval die over een dam stroomt. In het centrum kun je deze waterval zien. Op economisch vlak is Idaho Falls een aantrekkelijke stad. Er zijn veel bedrijven gevestigd, maar door de ligging nabij het Grand Teton National Park en Yellowstone National Park is het een prima uitvalsbasis voor veel reizigers.

Oorspronkelijk woonden in dit gebied twee indianenstammen. De Northern Piute en de Shoshone-Bannock. Hoewel de Spanjaarden in 1592 het noordwesten van de Verenigde Staten begonnen te verkennen waren Meriwether Lewis en William Clark de eerste Europees-Amerikanen die Idaho in 1805 bezochten. Zij moesten in opdracht van president Jefferson de westelijke wildernis verkennen en gegevens verzamelen over de rivieren, diersoorten en indianenstammen. Ze legden per boot lange afstanden af tot ze aan de voet van de Bitterroot Mountains aankwamen. De Shoshone stam hielp hun waardoor de expeditieleden via de Snake- en Clearwater rivier de Grote Oceaan konden bereiken. In 1835 werd er een eerste nederzetting gesticht waar handelaren en jagers zicht vestigden. Later kwamen ook de missionarissen die de indianen tot het christendom wilden bekeren.

Toen er goud werd ontdekt in Idaho, kwamen duizenden goudzoekers via de Oregon Trail naar dit gebied. De vraag naar goederen en diensten was groot. Idaho Falls kon de mensen voorzien. Aan het einde van de Gold Rush verlieten veel mensen het gebied weer. Veel mormoonse pioniers bleven en gingen zich op de landbouw richten en het irrigeren van het land. Hierdoor werd de grond geschikt voor het verbouwen van aardappelen, graan en andere gewassen. De aardappel is één van de bekendste producten van Idaho, de ‘Potato State’.