De havenstad Cienfuegos heeft een goed bewaard gebleven historisch centrum. De stad ligt in een beschermde baai en is rijk aan geschiedenis. In de koloniale tijd stond de Cienfuegos bekend als de ‘Parel van het Zuiden’. Toen Columbus de baai, waaraan Cienfuegos ligt, ontdekte, woonden er Jagua-indianen. In 1745 bouwden de Spanjaarden er een fort om de baai tegen piraten te verdedigen. De eerste stad werd gesticht in 1819 en vernoemd naar de toenmalige gouverneur-generaal van Cuba, José Cienfuegos. Het lag in het hart van de suikerriet-, mango-, tabak- en koffieproductie van Cuba. De handel bevorderde de groei van de stad, die door de productie van was, hout en suiker in de 19e eeuw steeds belangrijker werd.
Sinds 2005 is Cienfuegos aan de UNESCO-Werelderfgoedlijst toegevoegd omdat het zowel het eerste als het meest opvallendste voorbeeld van stadsplanning in Latijns Amerika is. Cienfuegos vertoont een belangrijke uitwisseling van culturele en sociale invloeden op basis van de Spaanse verlichting. Het is ook het eerste voorbeeld van architectuur waarin de nieuwe ideeën over moderniteit, hygiëne en een geordende stadsplanning waren verwerkt. Deze werden vanaf de 19e eeuw in Latijn-Amerika ontwikkeld. Daarnaast is het ook een mooie stad, met allerlei verschillende bouwstijlen. De meeste bezienswaardigheden van Cienfuegos liggen in of rondom het historisch centrum en zijn gemakkelijk te voet te bezichtigen.
Land