Onder de stad Tomar liggen de resten van twee Romeinse steden; Nabantia en Sellium. In 1157 stichtte Gualdim Pais, de eerste grootmeester van de Orde der Tempeliers in Portugal, de stad Tomar. Het wordt overheerst door de 12e eeuwse kasteel met het Convente de Cristo. De Tempeliers maakten van Tomar hun hoofdkwartier en bouwden dit kasteel. Sinds 1983 staat het Convento do Cristo op de Werelderfgoedlijst van de UNESCO. Oorspronkelijk was de Convento do Cristo ontworpen als een symbolisch monument van de reconquista, de herovering van Portugees gebied op de islam. Het kasteel was een van de spectaculairste voorbeelden van Manuelstijl. In de tweede helft van de 12e eeuw kwamen de tempelridders naar Tomar om te helpen bij de reconquista. De Convento do Cristo had een veelvlak met 16 nissen als basis met een centraal achthoekig koor en een kloostergang die kenmerkend was voor de architectuur van de Tempeliers. Toen de Orde van de Tempelridders in de 14e eeuw werd vernietigd door de Ridders van de Orde van Christus, bleef Tomar even belangrijk. Er werden in der loop der jaren werd het kasteel verfraaid en één van de meest prestigieuze monumenten van Portugal. Het centrum van Tomar is een rasterwerk van smalle straatjes. Naast dit kasteel heeft Tomar echter meer te bieden.
Land