Reistips voor Polen

Polen ligt in het laagland van Midden-Europa, maar wordt gekenmerkt door een zeer gevarieerd landschap. Aan de zuidgrens doemt het alpiene Tatramassief op, in het noorden liggen de merengebieden, die weer heel anders zijn dan de Oostzeekust. Liefhebbers van ongerepte natuur kunnen hun hart ophalen in de oerbossen van Bialowieza en de uitgestrekte moerassen langs de Biebrzarivier. Ongeveer 30 procent van het Poolse grondgebied bestaat uit bossen. Veel van deze natuurgebieden hebben de status van nationale park of reservaat. Bergliefhebbers kunnen  de Beskid Sadecki of Tatramassief bezoeken, maar voor meer uitdaging naar de Beskid Niski of Bieszczady. Liefhebbers van watersport worden vaak getrokken naar het ‘land van de duizend meren’ in Warmië en Mazurië. Maar Polen heeft ook enkele prachtige steden. Overal staan schitterende gebouwen van een rijk verleden. Steden als Warschau, Krakau, Gdansk en Poznan zijn de moeite waard om te bezoeken.

Polen heeft een rijke geschiedenis. De grenzen zijn in de loop der tijd talloze malen bijgesteld. De oorsprong van de Poolse natie ligt in de 10e eeuw. Toen verenigden de Slavische stammen in de streken rond Gniezno zicht onder de dynastie der Piasten, die tot 1370 over het Poolse grondgebied heerste. De eerste Piastenvorst, Mieszko I, bekeerde zich in 966 tot het christendom en verenigde met verschillende Slavische stammen tussen de rivieren Oder en Wisla. Zijn zoon Boleslaw de Dappere werd tot de eerste koning gekroond en verstevigde de positie van de jonge staat. Onder koning Casimir de Grote werd Polen gemoderniseerd. De Universiteit van Krakau werd opgericht en de economie groeide sterk.

In 1386 werden Polen en Litouwen samengevoegd en werd het tussen 1386 en 1572 het grootste rijk qua oppervlakte van Europa. In 1572 stierf het Huis der Jagiellonen uit en werd het kieskoningschap geïntroduceerd waarbij de adel de keuze bepaalde. De toenemende politieke en militaire zwakte van Polen leidde ertoe dat het land werd opgedeeld tussen Rusland, Pruisen en Oostenrijk. In 1795 verdween de natie voor ruim 100 jaar van de kaart. Pogingen om de onafhankelijkheid af te dwingen hadden geen succes. P as in 1918 werd Polen weer een zelfstandige staat, maar al snel brak de Tweede Wereldoorlog aan. Een periode van zes jaar Duitse en Russische bezetting ving aan. De verwoestingen waren enorm, miljoenen Polen werden vermoord waaronder bijna de gehele Joodse bevolking. Na de oorlog kwam Polen binnen de invloedssfeer van de Sovjet-Unie te liggen. Pas in 1989 werd het land een echte democratie.